Werken aan jezelf

Denken en Doen: zo heette het tijdschrift van de Vereniging van Huisvrouwen dat mijn moeder las. Mooie titel, met de suggestie dat je in het huishouden ook mag nadenken, waardoor het leven interessanter of zelfs beter kan worden. Dat denken was trouwens voor de praktische Vrouwen van Toen waarschijnlijk meer gericht op hoe je de dingen aanpakt, dan op zelfbespiegeling. Dat paste ook in de toenmalige emancipatie-beweging, die pas langzaam breder werd.
Maar hetzelfde motto past ook nog bij dat 'werken aan jezelf', waartoe wij alsmaar worden uitgenodigd of uitgedaagd. Domme gedachten kunnen pijnlijke gevolgen hebben, en met stomme handelingen kan je jezelf lelijk pijn doen – en met cognitieve therapie bijvoorbeeld is daar soms best iets aan te doen. Andere moderne trends wijzen ook naar diepere roerselen, in twee richtingen. Je hebt geluks-geleerden wier theorieën toepassing vinden in de 'geluksindustrie' die een soort absolute emancipatie belooft, voor wie leert zichzelf te accepteren. Klinkt positief, al kleeft er iets paradoxaals aan zulk 'genieten op dringend advies' – net als wanneer je "wees nu eens spontaan!" te horen krijgt. Anderzijds tikt de Amerikaanse psycholoog Roy Baumeister ons op de vingers over ons gebrek aan zelfbeheersing, waardoor onze wilskracht achteruitgaat. Deze specialist biedt subtiele evenwichtsoefeningen aan, ter voorkoming van misbruik van de wilskracht door overbelasting – zoals door je emoties teveel in te houden, en ter bevordering van beheerst gebruik ervan. Controle op wat je feitelijk doet kan helpen, ook met handige metertjes – net zoals renners en joggers doen. Bij deze deskundige mag zelfdiscipline intussen weer eens onbekommerd nauw samenhangen met disciplinering van buitenaf, met lichte lijfstraffen en al. Emancipatie met de harde hand – tijd om Bordewijk's Karakter te herlezen?
In beide tendenties lijkt het praktisch om denken én om doen te gaan, zonder veel aandacht voor gevoelens en emotionele toestanden. Dat kan geen kwaad; de vraag blijft echter wat voor innerlijke bewegingen er verder meespelen – precies het onderzoeksterrein van Levinas, die wat de wil betreft nogal sceptisch is, net als zijn voorganger/leermeester Bergson trouwens. Maar er is ook veel bij hem te leren over de vraag hoe je zelf dag in dag uit je 'egoïteit' tot stand brengt in je eigen wereldje. De daarbij behorende zelfgenoegzaamheid heeft echt geen 'zelfacceptatie' nodig.  Voor meer info over de vraag hoe je soms toch aan jezelf kan komen vast te zitten, en hoeveel een Ander er misschien opeens toe doet: bezoek is welkom in de bibliotheek van mijn website www.txxtlab-levinas.eu.